De krokusvakantie is er. De eerste periode van rust na de drukke start van 2019.
Het is even een lange periode geweest. Na de kerstvakantie ligt er plots veel druk op onze schouders en we kunnen het allemaal wel gebruiken om even te relaxen.

Mijn ervaring leert me intussen dat een vakantie met kindjes thuis maar heel weinig relaxmomenten kent. Laat ik het even schetsen: uitslapen zit er bijvoorbeeld al niet in. Zowel Lewis als Levi zijn voor half acht wakker. Ik heb meestal wel genoeg geslapen, maar echt bijslapen komt er niet van.
Ik denk nog steeds in tijdspannes van 4 uur. Om de vier uur moet Lewis immers eten. Pap drinkt hij ondertussen gelukkig al redelijk zelfstandig. Af en toe de fles terug oprapen van de grond en hij kan weer verder. Levi moet in de tussentijd voorzien worden van eten, een koekje om tien uur, maar verder trekt hij behoorlijk zijn plan. Het is zo tegen de middag dat het moeilijker wordt voor de jongens om zichzelf te entertainen. Als Lewis hangerig wordt van vermoeidheid en Levi last krijgt van zijn middagdipje en begint te zeuren, dan zakt mijn energiepeil ook even stevig.
Levi zit nu op een leeftijd dat hij heel veel aandacht nodig heeft. Hij wil veel spelletjes spelen, wil graag dat je meespeelt met zijn Playmobil, zelfs in de speeltuin moet je overal mee op. Hij is nu echt rijp voor het samen spelen. Dat was een jaar geleden wel anders. Hij zoekt ook heel veel contact met zijn broertje, maar verder dan samen in de box liggen of toertjes rond het huis kruipen, komen ze nog niet echt. Hij verdient wel een medaille voor zijn geduld. Hij wil echt spelen met Lewis, maar begrijpt ook echt dat hij nog niet anders kan.
Er komt dus wel veel op mijn nek terecht. Papa is veel aan het werk met de verbouwingen, dus ik ben in de vakantie 24/7 bij de kids.
Na de zomervakantie, toen Lewis net geboren was, na de herfst- en kerstvakantie, merk ik wel dat ik snel mijn geduld verlies. Vooral met Levi dan. Als hij even niet goed luistert, te luid roept tijdens het spelen, … Ik kan het allemaal minder goed verdragen. Zeker nu we bij mama inwonen… ik ben hen dankbaar voor onze tijdelijke verblijfplaats, dus ik wil hen zeker niet te veel tot last zijn.
Na vier dagen [ik reken voor het gemak het weekend even mee] krokusvakantie is het tijd om te ontsnappen. Lewis heeft geen vakantiedagen gebruikt voor de crèche, dus die is even het huis uit. Daarom trek ik met Levi naar de binnenspeeltuin om uit te razen. Het is een beetje een gemakkelijkheidsoplossing, maar hij doet het zo graag… én hij heeft het nodig. Echt nodig. Hij is al zo’n wiebelkont, dus wat klimmen, klauteren en glijden is ideaal. Het is ook nog niet bepaald lenteweer, dus binnen zitten we goed.
Voor morgen heb ik hem een dagje ingeschreven in de buitenschoolse kinderopvang. Soms moet ik ook gewoon vooruit kunnen met mijn dag. Als beide kindjes uit huis zijn, kan ik nog wat gaan assisteren bij de verbouwingen.
In de paasvakantie plan ik hem vier dagen weg te doen. 2 dagen naar de opvang, één dag kleutersportkamp en één dag op uitstap naar de binnenspeeltuin met de mensen van de opvang.
Eerst wou ik hem zo weinig mogelijk wegbrengen. Ik ben immers thuis in de vakantie. Maar anders kom ik niet tot rust. Papa trekt iets gemakkelijker de deur achter zich dicht. Ik moet het allemaal nog wat leren. Maar ik kom er wel.