We hebben allemaal een beeld van het type moeder dat we willen zijn, hopen te worden of hoe we willen dat onze kinderen ons herinneren. Maar is dat ook de moeder die we echt zijn? En is dat wel zo belangrijk?

Ik heb er vaak over nagedacht tijdens mijn eerste zwangerschap. Wat voor mama wil ik zijn? Wat wil ik allemaal doen en wat zie ik eigenlijk niet zitten? Eén ding weet ik intussen wel. Je kan nooit aan al je eigen verwachtingen voldoen. Bovendien verander je ook nog wel wat doorheen de jaren of bij de geboorte van je tweede, derde, vierde kindje.

Wat voor moeder ik intussen geworden ben? Dat som ik hier even voor je op in een paar kernwoorden.

Geen zorgen

Ik ben een mama die zich niet snel zorgen maakt en die gelooft dat het meeste allemaal wel vanzelf goed komt. Als mijn kinderen zich pijn doen, blijf ik doorgaans heel kalm. Levi is als kleine baby een keer uit de Maxi-Cosi gevallen. Papa was in tranen, maar ik kon mijn kalmte bewaren. Even checken hoe hij reageert, verwondingen checken... en het viel uiteindelijk allemaal heel goed mee.
Wanneer de jongens ziek worden, wacht ik eerst altijd wat af. Ik snel niet meteen naar de dokter of naar de apotheek. Alles wat op te lossen is met Perdolan, Nurofen en wat slaap, kan ik zelf de baas.

Uit een potje

Tja, noem me gerust een luie moeder. Ik heb het wel geprobeerd hoor. Levi heeft veel verse groentepapjes gegeten. Fruitpap heb ik langer volgehouden, omdat dat makkelijk en lekkerder is. Maar ik ben heel gauw overgeschakeld naar potjesvoeding omdat er zo veel variatie en keuze is en het is tijdbesparend. Dus bij Lewis ben ik meteen met potjes gestart.
4 tot 5 dagen in de week is Lewis in de crèche of bij zijn grootouders en daar krijgt hij vers bereide voeding. Hij krijgt dus genoeg afwisseling.

Gezellig

Ik geloof graag dat ik een gezellige mama ben. Ik speel graag spelletjes met Levi, maak tijd om te knuffelen, kijk graag samen een filmpje, kruip mee in bed voor een boekje en knuffel nog wat na. Ik kan er ook wel van genieten als Lewis op mijn borst of op mijn arm in slaap valt als ik in de zetel zit 's avonds.

Flexibel

Ik hou ervan als kinderen een bepaalde regelmaat hebben. Een vast uur opstaan, slapen, dutjes, tussendoortjes, … Maar ik kan ook heel flexibel zijn. Moeten we eens weg en blijven we laat op? Moet kunnen. Op restaurant vorige week lag de ene in de buggy te slapen, de andere op twee stoelen. Ze worden er heus niet slechter van. Zolang dat ook geen gewoonte wordt.

Jufmama

Tja, ik ben een leerkracht en ik heb wat last van beroepsmisvorming. Let op! Ik dring mijn kinderen niets op. Levi is een heel leergierig kind en daar speel ik dan graag op in. Dat hij moeilijke puzzels maakt, tot dertig telt [tot 100 als je de tientallen voorzegt], zijn naam kan schrijven en de cijfers van 1 t.e.m. 10 kan herkennen en schrijven is enkel en alleen omdat hij dat zelf wil weten. Hij vraagt er op allerlei momenten achter. Ik ben wel fier op mijn slimme kereltje, maar ik wil ook niet dat hij te ver gaat voorlopen op zijn klasgenootjes. Ik wil dat hij nog kan bijleren op school, kan genieten van het leren en ontdekken.

Ik ben vanalles. Geen perfecte moeder, maar mijn keuzes maken mij ook geen minder goede moeder. Ben ik een goede moeder? Zeker. Ik ben ervan overtuigd dat ik een prima moeder ben voor mijn kinderen. Ik voed mijn kinderen op op mijn manier. Ze zijn hun leven en mij gewoon. Alles loopt voor ons op rolletjes. Mijn kinderen zijn gezond, gelukkig, actief, geliefd. Ze hebben alles wat ze nodig hebben, zonder ze te veel te verwennen.
We hebben ons als mama's voor niemand te verantwoorden. De handleiding voor de perfecte opvoeding bestaat immers niet.
We doen immers allemaal maar gewoon wat goed voelt. Toch?